werknemerszonderpapieren.be

Arbeidsrechten hebben geen grenzen

FNV Nederland – Domestic Workers

Land: Nederland
Soort organisatie: vakbond
Basis voor organisatie: professionele sector (huispersoneel).
Aantal georganiseerde werknemers: ongeveer 50
Aantal werknemers zonder papieren in de groep: ongeveer 80 %
Afkomst van de werknemers: oorspronkelijke groep Filippijns, daarna divers. Etnische gemeenschappen worden gebruikt om mensen te bereiken in een eerste fase, maar het uiteindelijke doel is de werknemers gezamenlijk te integreren in de Nederlandse vakbond.

Geschiedenis

Huisbedienden in Nederland hebben vaak geen papieren. Buitenlands huispersoneel krijgt immers geen werkvergunning. Meestal zijn het poetsvrouwen die bij verschillende werkgevers schoonmaken.

In 2006 werd de vakbond ABVAKABO, de vakbond voor de publieke sector en de zorg binnen FNV, benaderd door een groep huispersoneel van Filippijnse afkomst. Ze wilden zich aansluiten bij de vakbond, omdat ze op eigen kracht niet in staat waren om een aantal voor hen erg belangrijke punten te realiseren. Het ging om de volgende punten:

  • Huishoudelijk werk moet erkend worden als normaal werk, met volwaardige rechten. Lid worden van de vakbond, was een eerste stap naar een erkenning als werknemer.
  • Werknemersrechten moeten gerespecteerd worden
  • Toegang tot medische zorg
  • Werkvergunningen voor buitenlands huispersoneel

    De huisbedienden konden de vakbond mobiliseren dankzij een theaterstuk op een congres in 2006 van ABVAKABO FNV. De congresgangers waren unaniem: ook buitenlands huispersoneel moest lid kunnen worden.

    ABVAKABO FNV nam toen één voltijdse kracht aan om deze groep te begeleiden, en ook nieuwe groepen op te richten. Door de huisbedienden in groepen te organiseren, konden een aantal praktische problemen opgelost worden. De groepen staan bijvoorbeeld in voor de collecte van het lidgeld, omdat werkneemsters zonder papieren geen bankrekening kunnen openen. Binnen de groepen worden workshops gehouden rond arbeidsrechten, empowerment, leiderschap. ABVAKABO FNV heeft geprobeerd om een regeling voor toegang tot medische zorg te treffen met een private verzekeringsmaatschappij. Die hapte jammer genoeg niet toe, onder andere omwille van het negatieve klimaat rond mensen zonder wettig verblijf in Nederland.

    De vakbond pikte niet de vraag op om campagne te voeren voor werkvergunningen. Niet alle verwachtingen konden ingelost worden. Het aantal georganiseerde huisbedienden daalde dan ook van 150 naar een 50-tal in 2008. Maar die harde kern was wel gemotiveerd.

    In 2009 werden het huispersoneel van ABVAKABO FNV overgebracht naar FNV Bondgenoten,de vakbond voor industrie en diensten waartoe ook heel wat andere werknemers in de lagere lonensector behoren. Zo is FNV Bondgenoten al een tijdje bezig met het actief organiseren van werknemers in de professionele schoonmaak. Ook zij zijn vaak migrant, soms met een verleden van onwettig verblijf.

    Sterke punten van de aanpak van FNV

  • De vraag kwam oorspronkelijk van de werknemers zelf, die zichzelf al georganiseerd hadden.
  • Er werd een persoon vrijgesteld en betaald door de vakbond om de groepen te begeleiden.
  • De nadruk ligt op ‘organising’, naar het Amerikaanse model (zie SEIU), met veel aandacht voor leiderschapscursussen. Werknemers worden ondersteund om zelf het woord te nemen en zelf ook andere leden te werven voor de vakbond.
  • Bestaande, religieus en etnisch geïnspireerde netwerken van werknemers worden aangesproken om werknemers te bereiken en hun vertrouwen te winnen. Maar het uiteindelijke doel is om alle werknemers samen te organiseren in de grotere vakbond.
  • De overname door FNV Bondgenoten moet ervoor zorgen dat de sector van privé-huishoudhulp wordt opgenomen in algemene acties rond de lageloonsector, en met name de schoonmaaksector.
  • Om verkeerde verwachtingen te vermijden, werd bij de overstap naar FNV Bondgenoten een Memorandum of Agreement opgesteld. Daarin werd ook het engagement opgenomen om de vraag rond werkvergunningen te onderzoeken. Er werd een campagneplan opgesteld.
  • Omdat werknemers zonder papieren geen bankrekening kunnen openen, werd er een volledig aparte administratie opgezet. Ze betalen jaarlijks en collectief hun lidgeld, en op vraag van de werknemers kwamen er ook aparte pasjes met foto’s.
  • Er is een goede samenwerking met organisaties buiten de vakbond, zoals NGO’s en migrantenorganisaties.

    Uitdagingen voor het FNV

  • Bij het opstarten van het project had de FNV geen duidelijk plan over wat ze wel en niet zouden doen. De werkneemsters van hun kant hadden hoge verwachtingen. Uiteindelijk kon FNV niet al die verwachtingen inlossen, met teleurstellingen en ledenverlies tot gevolg.
  • De overgang van de ene bond naar de andere kostte veel tijd en energie, en heeft een aantal militanten ontmoedigd.
  • FNV stelt vast dat de zelfstandige groepen mondiger zijn en beter georganiseerd. Groepen opgericht door de vakbond vragen meer begeleiding dan de vakbond kan geven. Eén groep is uit elkaar gevallen. In de toekomst wil FNV daarom zo veel mogelijk met bestaande groepen werken, of groepen eerst sterker laten worden voor ze echt lid worden.
  • De kantoren van de vakbond zijn na de werkuren niet open, terwijl huisbedienden dan pas tijd hebben om samen te komen. Daarom gebruikt FNV de lokalen van een bevriende NGO.

    Overeenkomsten en verschillen met de Belgische situatie

  • In Nederland is de wetgeving op verschillende vlakken strikter, bijvoorbeeld wat betreft toegang tot gezondheidszorg, en is het klimaat rond mensen zonder papieren de laatste jaren erg verhard.
  • Er is veel minder expertise in het Nederlandse middenveld rond basisrechten van mensen zonder wettig verblijf. Daardoor krijgt de vakbond heel wat vragen die niet over arbeid gaan, maar waarvoor ze niet kunnen doorverwijzen naar anderen.
  • In België is de hulp aan huis voor een deel geregeld via de dienstencheques. In de dienstencheques vind je normaal geen werknemers zonder papieren.
  • Daarnaast zijn er in België heel wat inwonende en voltijdse huisbedienden, wat in Nederland minder lijkt te bestaan.
  • De vraag in Nederland kwam van de huisbedienden zelf. De groepen die al bestonden voor ze bij de vakbond aansloten, bleken ook de sterkste. Voorlopig is er in België geen gelijkaardige organisatie die interesse heeft getoond om binnen een vakbond geïntegreerd te worden.

    Referentiemateriaal

    “Your rights as domestic worker in a private household” – rechtengids voor huishoudsters, Abvakabo FNV 2008
    www.fnvbondgenoten.nl

    Reacties




    Volgende hoofdstuk:
    MRCI